Mijn eerste training.
Maart 2012
Lekker, we kregen vanochtend in alle vroegte een flinke bak water voorgezet, met een smaakje erin. Anders moeten we het doen met die grote sloten gemeentepils in de waterbakken die her en der in de kennels en tuin verspreid staan. Lekker ik slurp het als een gek leeg, anders drinkt mijn buurman het op. Jeetje het was wel een flinke sloot water, na een tijdje til ik mijn poot op en……… of je een emmer leeg gooit!!! Maar op de een of andere manier voel ik me erg happy en heb energie voor 10.
Piet komt beneden en heeft een broek aan die ik nog nooit heb gezien. Het is niet de allernieuwste zo te zien en er zitten vlekken in die Natascha er volgens mij met het wassen niet uit heeft gekregen. Nee, dit is niet bepaald een nette broek. Ook zijn baseball cap heeft betere tijden gezien de modderspatten zitten er nog op.
Ik snap er niets van. De rest van mijn collegae beginnen onrustig heen en weer te lopen in de kennel en piepen wat voor zich heen. Wat een drukte om een oude versleten broek en vuile muts zeg. Wij hoeven toch zeker niet op te letten of hij er netjes bij loopt. We heten Husky niet Gucci. Ze worden nog onrustiger als ik in de verte hoor dat de hokken in de bus, die op de oprit staat, worden opengezet. Allebei mijn mensen komen terug en Natascha zet een van de kennels open. Met een noodgang spurt Trouble de tuin door en verdwijnt door de keukendeur. Ik hoor een doffe klap. Ja hoor tante Bet heeft weer eens niet op tijd kunnen remmen, gooit zich dan dwars en gebruikt de bank in de huiskamer als stootblok. Even later hoor ik een hok in de bus dicht schuiven. Hierna komt Piet weer terug en de volgende kenneldeur gaat open. Vreemd ook die twee gekken nemen een spurt en verdwijnen door de keuken deur.
Als laatste zijn wij aan de beurt. Ik kan zo snel niet kijken, maar Navajo, mijn slapie in de kennel, sprint ook naar de keukendeur en blijft voor de deur naar de gang, netjes zitten. Ik sjok op mijn gemak erachteraan maar mijn nieuwsgierigheid is wel gewekt. Navajo krijgt een harnas aan. Verhip, dat ding ken ik want Natascha heeft me een dergelijk ding herhaaldelijk aangedaan als we gingen wandelen. Snapte er niets van, want mijn normale halsband vond ik goed genoeg.
Ik was toen nog een stukje kleiner. Als ze Haw riep gaf ze een rukje aan de riem naar linkse riem, en als ze Gee (spreek uit gie) riep, gaf ze een rukje naar rechts. Dit deed ze bij elke bocht. Iedere keer weer, pffffff; Ja na een paar keer had ik wel in de gaten dat ik dan de hoek om moest, duhhhhhh ben niet blond.
De laatste tijd wandelt ze niet meer met me, zou er iets zijn? Ach, ik weet het niet het is wel jammer. Zou het liggen aan die keer dat ze zich met twee handen aan een boom moest vast houden om niet over de straat gesleept te worden, toen ik een paar geiten in de wei zag en ze wilde begroeten. Ik heb me toch verontschuldigd door haar gezicht helemaal af te likken/ Tja rare jongens die mensen. Ze kunnen niets hebben.
Ook ik krijg dus een harnas aan en ik mag in mijn hok in de bus springen. Dan zetten ze een jerrycan water en waterbakken in de bus en als laatste wordt “de kar” zoals ze dat ding noemen, ingeladen. Hierna gaat de deur dicht en wordt het donker. De motor wordt gestart en de gezamenlijke Hussen-familie begint zachtjes te zingen. Laat ik maar mee doen het schijnt zo te horen. Bij de tweede bocht die de bus neemt huilen we uit volle borst ons lijflied. Opeens komt de bus rap tot stilstand en gaan de achterdeuren open. Het dikke hoofd van Piet verschijnt en hij vraagt nogal luidt of het nu afgelopen kan zijn met die Herrie? ……. Nou ik zou eigenlijk niet weten waarom we waren net zo lekker bezig en het klonk niet verkeerd vind ik.
Na een tijdje rijden begint de bus aardig te hobbelen, een landweggetje!! Dat kan ik me ook nog herinneren van mijn wandelingen. Lekker de vrije natuur in en wandelen op de met dennennaalden en bladeren bedekte paden. Goed voor de voetjes. In de hokken rondom me wordt het nu wel erg onrustig. Ik steek mijn kop even uit het hok en kijk om me heen. ( daarvoor moet ik wel een van de spijlen verwijderen, zal je hem weer horen als hij het ziet) Alles loopt zenuwachtig van links naar rechts in hun kotjes (zoals de Belgen zeggen). Is er ergens brand of zo, ik zie niets. Er wordt wat voor en achteruit gereden, de auto stopt en ik hoor portieren dichtslaan. De achterdeur zwaait open en de kar wordt eruit gehaald. Ik kan nog net mijn kop terug trekken tussen de tralies door. Hij zegt niets dus “dombo”heeft het nog niet in de gaten. Te druk bezig zeker. Washo begint zo hard te gillen dat ik denk dat ze zijn vel over de oren trekken maar er is niemand in de buurt. Wat heeft die gek toch. Doe is kalm, dadelijk krijg je een hartinfarct of zo.
Een voor een worden we uit de auto gehaald. Ik zit nog in mijn hok en wacht af wat komen gaat. Als ik aan de beurt ben wordt ik meegenomen naar de voorkant van de bus. Die ouwe schreeuwlelijk gaat niet eens mee, waarom wind hij zich dan zo op. De deuren gaan dicht en het gegil wordt iets minder irritant.
De kar hebben ze aan het sleepoog van de bus vastgemaakt en mijn collegae staan allen aan een touw voor de kar gespannen. Trouble staat voorop en trekt als een bezetene aan dat touw. Hee schaap ze hebben dat ding vastgeknoopt, je kunt trekken dat je een ons weegt maar je komt geen meter vooruit.
Ook het harnas wat ik aan heb maken ze aan de achterkant vast. Wacht, even omdraaien kijken wat ze aan het doen zijn. Line out!! roept Piet en draait me met mijn hoofd weer naar voren. Ook goed blijf ik zo wel staan. Alhoewel,……… ik ga wel even zitten. Ik was niet van plan om vandaag erg moe te worden. Ik neem de omgeving in me op. Mooi bos, ruikt goed. Natascha heeft het opgewonden standje ( Trouble ) vast. Piet loopt naar achteren intussen zijn handschoenen aantrekkend. Ik kijk hem na als hij me voorbij loopt. Djengis, Line out roept hij weer. Oké, oké ik kijk wel weer naar voren maak je niet druk. Dan voel ik dat hij de kar los maakt van de bus er komt een klein beetje beweging in. Dan roept de halve zool Go en het spul begint te rennen. Oh is dat de bedoeling. Natascha is intussen op het stoeltje gesprongen. Nu zitten die mutsen met zijn tweeën op dat vehikel…… en wij moeten dat vooruit trekken??? Navajo kijkt me aan met een blik van: zou jij ook niet eens je steentje bijdragen? Ach, wat geeft het, De rest doet het ook dus ik zal maar mee doen. Ik begin te rennen en krijg een goedkeurende blik van Navajo die naast me loopt.
Eigenlijk best geinig dat gedraaf door de bossen. Als ik langs mijn rennende voorgangers kijk zie ik dat er een klein keffertje aankomt; daar ga ik eens mee spelen. Hé? de dame die met hem aan het wandelen is tilt het beestje op dat onbedaarlijk aan het keffen slaat. De vrouw doet twee stappen achteruit en ligt bijna met haar dure wandel outfit in de moddersloot achter haar .
Het team voor me loopt na het commando: ” voorbij” vanaf de kar door. ( ja ja ik begin de vaktermen te leren ) Ze laten de ultra mini wolf achter zeg en gaan op het volgende commando de hoek om. Ik wil eigenlijk elk paadje wel even in kijken maar dan begint die baardaap achter mij te roepen dat ik doorrrrrrr moet. Dus na een tijdje geef ik die poging maar op en loop braaf achter de bruine sterren van mijn voorgangers aan. Het is zo wel een eentonig uitzicht. Ik hoop dat ik ook eens naast Trouble voorop mag lopen, dan zie ik tenminste eens iets anders.
Na een tijdje loop ik op een pad waar ik de geuren al eens van geroken heb. Verroest, ik ruik mezelf??? Geen wonder dit pad hebben we aan het begin al gelopen en nu lopen we in de andere richting. Is dit de bedoeling soms? Even later staan we met het hele circus weer op de plek waar we gestart waren. Is dat alles, Kom ik geef eens een ruk aan het touw kijken of het zooitje reageert. Nee, zij natuurlijk niet, maar de oversized tuinkabouter kan het weer niet laten om mijn naam te roepen en te zeggen dat ik rustig moet zijn. Man, zanik niet het ging net zo lekker en nu vind je het alweer genoeg. Ik vermoed dat we dit wel vaker gaan doen, maar als de stukjes dan zo klein blijven vind ik er geen reet an. Dan loop je zelf maar.
Natascha heeft intussen de bakken met water gevuld en met plezier slurp ik er een half leeg. Je krijgt toch wel dorst van die Inspanning. ik begrijp nu beter waarom al die hussen zo onrustig werden vanochtend. Dit lijkt wel waarvoor ik geboren ben.
Nu is de lol volgens mij voorbij, ik ga nog maar eens zitten want een voor een wordt iedereen van zijn harnas ontdaan en in de bus gezet. In het hok krijgen we nog een snack en dan, ach de blinde mol heeft het eindelijk in de gaten hij vind de losgetrokken spijl. Hoe kan dat nou? Vraagt hij aan Natascha. “tja, die is vanzelf uit het gat in de bodemplaat gesprongen om jou wat werk te bezorgen Japie. Jeetje de intelligentie straalt er weer af vandaag”. Mopperend stopt hij hem weer terug. Op de weg naar huis zal ik hem nog eens eruit halen, leuk als hij dat straks weer ziet, moet hij het maar degelijk repareren.
Als we later terug in de kennel zijn vraagt Navajo aan me: “en hoe vond je je eerste training?” Oooooh heet dat zo! Nou ik vond het wel geinig, pies of koekie, ik hoop dat we dit vaker gaan doen,maar nu heb ik geen tijd meer ik wil even met de rest gaan spelen. Wil me nu even moe maken.
Hé daar in die huiskamer…… als je nog eens wil “trainen” dan geef maar een gil, ik ben hier en ga voorlopig nergens naar toe.
Ik heb dit verhaaltje door Piet laten opschrijven omdat mijn poezelige voetjes niet geschikt zijn om een Pen vast te houden en ik altijd op mijn donder krijg als ik met mijn poten aan het toetsenbord van de computer zit, vandaar…………
Gegroet
Djengis
( sledehond in wording)